Chef de mission Vergeer trots op vlekkeloos verloop Paralympics

© ANP
WOERDEN - Bij haar eerste klus als chef de mission op Paralympische Zomerspelen kon Esther Vergeer niet anders concluderen dan dat alles "als een zonnetje" was verlopen. Terwijl de voormalig rolstoeltennisster zaterdag de balans opmaakte, stond de medailleteller al op 56, waarvan 24 gouden. "Ik ben supertrots. Dit is het resultaat van jarenlang op de goede manier investeren", vertelde de Woerdense, die nog moest kiezen of ze de tennisfinale van de mannen of de rolstoelbasketbalfinale van de vrouwen ging bezoeken.
Vergeer fungeerde op de Winter Paralympics van Pyeongchang al als chef de mission. In Tokio volgde ze André Cats op, die in Rio de ploeg nog leidde. "De aanloop was vanwege corona natuurlijk anders dan verwacht. Ik had gedacht meer contact te hebben met sporters, meer bij wedstrijden te kunnen zijn. Daarom was het best wel spannend hoe het hier zou uitpakken, hoe we een team gingen vormen."
Het viel 100 procent mee, constateerde ze op de voorlaatste dag. "De sfeer was echt heel bijzonder. Zeker met de beperkingen door corona in gedachten waardoor je bijvoorbeeld niet even samen koffie kon gaan drinken in de lounge." Een gelukje was dat ze in tegenstelling tot collega Pieter van den Hoogenband een maand eerder bij de Olympische Spelen niet te maken kreeg met coronabesmettingen binnen haar team. "Daar was ik best bang voor. Het zou impact hebben op het team. Als er de eerste dagen een Japanner te dicht bij me in de buurt kwam, werd ik daar best onrustig van. We hebben er alles aan gedaan om besmettingen te voorkomen. Het team verdient een compliment. Eigenlijk liep alles als een zonnetje."

Goed beleid en financiële steun

De resultaten speelden natuurlijk mee. Nederland stond zaterdagochtend zesde op de medaille-ranking, met nog zicht op plaats 5. "Wij kwamen uit in elf van de 22 sporten en presteerden vrijwel overal goed. Dat is een gevolg van beleid, we focussen op bepaalde sporten met allemaal fulltime-programma's, vergelijkbaar met die voor de olympische sporters. Natuurlijk helpt de financiële steun. Maar het gaat zeker ook om de kennis en kunde die wij delen met elkaar bij NOC*NSF en de bonden die op dezelfde manier gestructureerd zijn. Ik zou bijna durven zeggen dat de resultaten hier een logisch gevolg zijn."
Vergeer is er een voorstander van het aantal klassen te verminderen. "Alleen al op de 100 meter sprint zijn er 29 klassen. Dat is onbegrijpelijk voor mij, laat staan voor de buitenwereld. Als we de paralympische sport verder willen ontwikkelen, professioneler willen maken en exclusief, moeten er keuzes gemaakt worden. En zeker het classificatiesysteem moet nog verder worden ontwikkeld. Daarover praten wij mee."
Ze constateerde dat 24 van de 73 Nederlandse sporters in Tokio afkomstig waren uit het talentenprogramma. "Sporters die via een talentendag, die elk jaar worden georganiseerd, boven zijn komen drijven. Daar moeten we op blijven inzetten. Ik ben ook benieuwd wat deze Spelen met Nederland hebben gedaan, hoe de thuiskomst is en hoe we erop doorpakken. We hebben nu nieuwe gezichten leren kennen,wat is de volgende stap, hoe houden we dit vast?"

Heb je een tip of opmerking? Stuur ons je nieuws of foto via WhatsApp of mail.