Straffen voor ontvoering en afpersing van Utrechtse drugsdealer stuk lager dan de eis

Volgens de Utrechtse rechtbank is bewezen dat twee 19-jarige hoofdverdachten een 21-jarige man 's nachts urenlang van zijn vrijheid hebben beroofd, en hebben bestolen en afgeperst. Het slachtoffer is door een van de twee naar een plek in Utrecht gelokt en uit zijn auto getrokken. Vervolgens is zijn auto in een greppel gereden en is hij meegenomen naar het huis van een 64-jarige medeverdachte in Leidsche Rijn.

Onderweg en in de woning is de man meerdere keren geschopt en geslagen, onder andere met een hamer. Ook werden zijn geld, een dealertelefoon, een pinpas en zijn horloge afgepakt. Verder is het slachtoffer bedreigd met een hond. Om de bedreiging kracht bij te zetten, werd er een gasbrander bij de blote voeten van de man gehouden, waarna hij zijn inloggegevens van zijn bank heeft afgeven.

Na een aantal nachtelijke uren in de woning te hebben doorgebracht, is het slachtoffer in de auto van een van de verdachten gezet en zijn ze eerst naar de woning van de vader van het slachtoffer gereden en vervolgens langs zeven pinautomaten in Utrecht en Doesburg, waar de verdachten in totaal bijna 6.000 euro pinden van de rekening van het slachtoffer. Uiteindelijk werd hij weer uit de auto gezet.

De zwaarste straf is voor de 19-jarige B. el M., omdat hij al een strafblad heeft. De rechtbank veroordeelde hem tot twee jaar cel, waarvan acht maanden voorwaardelijk. Zijn evenoude vriend K.M. krijgt 20 maanden cel, waarvan zes voorwaardelijk. K.K.. die zijn huis ter beschikking stelde en deelnam aan de mishandeling, is veroordeeld 15 maanden cel, waarvan vijf voorwaardelijk. In alle gevallen geldt een proeftijd van twee jaar.

De straffen zijn een stuk lager dan de eisen van de officier van justitie. Die vroeg twee weken geleden om langdurige onvoorwaardelijke gevangenisstraffen voor het drietal. De rechtbank hield echter rekening met de jonge leeftijd van de twee hoofdverdachten en denkt dat een lange celstraf meer kwaad dan goed kan doen.

Het OM vindt dat het slachtoffer het gestolen geld niet moet terugkrijgen, omdat het met drugshandel is verdiend. Daarom heeft het Openbaar Ministerie een ontnemingsvordering ingediend.

Lees ook: Jarenlange celstraffen geëist voor ontvoering en afpersing drugsdealer in Leidsche Rijn

De verdachten en het OM hebben twee weken de tijd om hoger beroep aan te tekenen tegen het vonnis. Een minderjarige medeverdachte in deze zaak staat later terecht. Hij wordt nog onderzocht door een psycholoog.